Carnaval
Ik wandel weer eens in de heuvels van Zuid-Limburg en geniet van mijn gezelschap en de schitterende natuur. In mijn eigen mooie Groningse omgeving is alles vlak en regeert vooral leegte, met de Waddenzee als ultieme bezinning op een steenworp afstand. De afwisseling van het Groningse naar het Limburgse voelt altijd weer als een vakantie ver weg. De natuur is ook hier nog in rust en toch gebeurt er al van alles. De sneeuwklokjes en de krokussen schieten alweer uit de grond en kondigen hiermee de geboorte aan van het komende voorjaar. De dichtbij stilte wordt dit keer onderbroken door vlagen geluid die over de heuvels aan komen rollen. Ik sta een moment stil en probeer mij te oriënteren waar het geluid precies vandaan komt.
âCarnavalâ, zegt mijn Zuid-Limburgse vriend. âDe zware dreunâ komt uit alle dorpen en steden om ons heenâ. Nu pas besef ik dat ik uitgerekend in het carnaval weekend mijn familie en vrienden in Limburg bezoek. Als ex Groningers doet mijn familie niet aan carnaval. De dag ervoor liepen we vrijdagmiddag door het plaatsje Kessel, waar een groot cafĂ© al helemaal in gereedheid was gebracht voor de komende dagen. Het etablissement al leeg gehaald, op een paar statafels na.
De bemoedigende feestmuziek ondertussen redelijk op sterkte en enkele verklede en geschminkte gasten zittend op barkrukken in afwachting van wat zal gaan komen. âDit is echt het feest die baat heeft bij omvang en volumeâ, denk ik en visueel deze âtentâ vol hossende mensen.
Vroeger
Het doet mij denken aan vroeger thuis. Mijn vader had een sprankelende humor, deze gebruikte hij vooral op feestjes en partijen. Aan de andere kant kon hij zich tegelijkertijd ook nogal cynisch uitlaten over âandersoortigeâ feestjes, waaronder het carnaval. Desondanks ben ik nog steeds blij dat ik eenmaal het Maastrichtse carnaval voor de volle vijf dagen heb mee beleefd. Maandenlang bleef nog een soort van hoempapa dreun in mijn hoofd.
Ik begrijp dan ook de uitspraak van de Limburgse mevrouw op het nieuws dat er een geheel jaar naar toe geleefd wordt. Het maken en opbouwen van de praalwagens is een maandenlang proces en de verenigingen zijn er een jaar lang mee bezig, totdat ze weer âlos mogenâ.
Doelen stellen
Carnaval is gemeenschapszin, saamhorigheid, plezier met elkaar en ook wel een uitputtingsslag’, zijn woorden die bij mij opkomen. âHet maakt ook niet uit wat voor doelen je nastreeft, wel dat ze bovenstaande op het laatste na opleverenâ, overdenk ik en sla weer zoân prachtig uitgesleten heuvellandschap paadje in richting dorp.
Ik zie twee mensen voorbij fietsen. Ze zijn nogal serieus in gesprek, wat behoorlijk in tegenstelling lijkt met betrekking tot hun olijke, kleurrijke en extravagante verschijning. âWat zou het toch prachtig zijn als we, ongeacht de context, mensen in hun authentieke verschijning overal en altijd kunnen waarderen en accepterenâ, zeg ik tegen mijn wandelmaatje.
âDaar drinken we zo meteen eentje opâ, antwoord mijn Bourgondische Zuid-Limburgse vriend.
Vasten
âHet kan nu nogâ, zeg ik met een grijns, want straks gaan de veertig dagen tot Pasen âpas op de plaatsâ vasten periode in.
Hoe ziet jouw bezinning eruit?
Luistertip: mrs. Vanderbilt, Wings