We hebben koorts

Mijn lichaam heeft het even overgenomen van het denken, willen en sturen. Voelen is wat er overblijft. Ik lig ineengedoken onder mijn dekbed in stabiele zijligging en kreun. Zelfs de extra deken kan niet voorkomen dat ik lig te trillen in bed. Dit keer geen ontspannen ‘voor het slapen gaan ritueel’ met rustige bewuste ademhaling, vergezeld door een rustgevend muziekje. ‘Ik moet iets met ademhaling doen’, mompel ik in de hoop dat ik daarmee het nare gevoel van koorts en spierpijn kan bezweren.

Ik val even in slaap. Even later ben ik weer wakker. Ik heb dorst en het glas op het nachtkastje is leeg. ‘Acceptatie en hopen dat het rotgevoel snel voorbij gaat’, denk ik en bemerk mijn eigen tegenstrijdigheid. ‘Ziekte is een positieve reactie van het lichaam op weg naar herstel’, had ik gelezen en toch neem ik nu twee pijnstillers om hopelijk wat langer te kunnen slapen, om even te kunnen ontsnappen aan dit ellendige ‘herstel’ gevoel.

Colombia

Ooit lag ik een week lang met hoge koorts in een subtropisch gebied ergens buiten Bogota te Colombia. Een prik van een mug gaf mij de beruchte el denque, ook wel knokkelkoorts genoemd. Elke avond hoorde ik het publiek van het dichtbijgelegen immens grote voetbalstadion juichen. Ook kwam een week lang elke dag een verpleegster in wit uniform mij een injectie geven. Later bleek er geen voetbalstadion in de buurt te bestaan en het ‘gejuich’ was afkomstig van pauwen die rond het vakantiehuisje hun nadrukkelijke aanwezigheid  in de tuin lieten horen. Er was slechts één keer een verpleegster langsgekomen. Zij  was in mijn koortsdromen mijn heldin en trooster geworden. Ze zong geruststellende slaapliedjes en wiegde mij liefdevol in haar armen richting slaap.

Verdrongen angsten

Weer word ik wakker en loop toch maar naar de badkamer voor een glas water. Ik besef dat ik alweer naar gedroomd heb. De koorts werkt als een rechtstreekse snelweg naar plekken in mijn onbewuste, waar nog overgebleven en diep verdrongen angsten ronddolen. Ik check ‘s ochtends toch maar even bij mijn partner of ze een ander heeft en of ze bij mij weg wil. ‘You give me fever darling’ (Fever, Nancy Sinatra/ Peggy Lee) zingt ze liefdevol en ik moet even glimlachen. 

De koorts is gelukkig weer iets gezakt en het hoesten staat nu op de voorgrond. Deze  ‘griep’ gaat geheel volgens het irritant precieze ‘boekje’, geen fase wordt ruimhartig overgeslagen. ‘Het wachten is op de hoofdpijn’, denk ik gelaten en val in een nieuwe koortsdroom;

Ik krijg dit keer zelfs een titel mee de droom in; ‘het reinigingsritueel’. We rijden naar een mooie plek. Het lijkt een uitgestrekte vlakte van een woestijn, maar kan ook de Vliehors op Vlieland zijn. We maken met de groep een groot vuur en gaan in kleermakerszit (Sukhasana) rondom het vuur zitten. ‘Wat je NIET meer wil in je leven mag het vuur in en tegelijkertijd noem je wat je meer wil gaan doen met je leven en wie je daarbij kan helpen’, zegt de stem.

Ik neem afscheid van oorlog, jaloezie en haat

Ik neem afscheid van hebzucht, van wegkijken 

Ik neem afscheid van beter weten, van oordelen 

Ik neem afscheid van mij boven iemand anders  plaatsen 

Ik neem afscheid van macht en onmacht 

En dit alles mag in het heilige vuur

‘Wat neem je WEL mee’, vraagt de stem. ‘Vrede in mijzelf, met veel liefde, compassie en moed’, hoor ik mijzelf zeggen. ‘Wie kan je daarbij helpen’, vraagt de stem. ‘Jullie allemaal’, zeg ik en voel nu bevrijdende emoties opkomen. Want, Iedereen is Ik en Ik is iedereen, besef ik. Ik word eindelijk wakker. De koorts is vertrokken.

Luistertip: Lean on me, Bill Withershttps://www.youtube.com/watch?v=fOZ-MySzAac 

Quote: Nu in de aanbieding ‘uniek zijn en tegelijkertijd één met elkaar’

Plaats een reactie